Huisvesting konijnen
Intro
Alle dieren hebben een goede huisvesting nodig. Het maakt ook
verschil of de gehouden dieren winterhard zijn of in de winter bij verwarmd
moeten worden.
Bij het bouwen van de hokken moet ook rekening worden gehouden met de
welstandseisen in de gemeente.
Om enig houvast te geven wordt in dit hoofdstuk kort ingegaan op de huisvesting
van konijnen.
Welstandseisen
Soms is voor het bouwen van een hok een bouwvergunning nodig.
Kleine hokken kunnen zonder vergunning geplaatst worden. Het bouwen van grote
hokken en volières is aan regels gebonden.
Volgens de eisen van het ministerie van VROM van 1 januari 2003 is geen
vergunning nodig als het hok:
1. gebouwd wordt bij een bestaande woning en het niet vanuit die woning direct
te betreden is
2. op de grond gebouwd wordt, dus niet op een ander bouwwerk
3. maar uit één bouwlaag bestaat
4. bijdraagt tot het woongenot, dus niet voor professioneel gebruik
5. niet groter dan 10 m2 is en niet hoger dan drie meter.
Wordt aan deze voorwaarden
voldaan dan bepalen de volgende voorwaarden of de situatie licht vergunning plichtig
is:
6. het huis waarbij het hok gebouwd wordt is een rijksmonument
7. er wordt gebouwd bij een stacaravan of een andere niet permanente bewoning
8. het hok wordt gebouwd dichter dan één meter aangrenzend aan openbaar groen
of voorerf
9. het hok is groter dan 10 m2 en staat dichter dan één meter vanaf de
grens met de buren
10. het totaal van de vergunningsvrije gebouwen is 30 m2 of het beslaat,
inclusief de andere bijgebouwen, meer dan 50% van de tuin.
Wordt niet voldaan aan de punten 1 t/m 4, dan moet een bouwvergunning
aangevraagd worden. Deze vergunning is ook nodig als het hok groter is dan 50
m2 of hoger dan vijf meter. Verder moet het hok altijd een passend
bouwwerk zijn dat geen aanstoot geeft.
Hokken
Een groot konijn, zoals een Vlaamse Reus, heeft een hok van minimaal één
vierkante meter nodig.
Dit hok moet daarbij ten minste 80 centimeter hoog zijn. Het dier moet zich
immers goed en vrij kunnen bewegen.
Groter is alleen maar goed, maar het hok mag niet kleiner zijn.
Het kleinste konijn, een dwergkonijn, heeft minimaal een hok nodig van 50 bij
60 centimeter.
Deze hokken kunnen buiten staan, als ze maar uit de wind en droog staan.
De hokken mogen ook niet in de volle zon staan. Konijnen hebben een pels en
kunnen beter kou dan warmte verdragen.
Konijnen kunnen in de zomer ook in een verplaatsbare buiten ren in de tuin
worden gezet.
Deze ren moet wel een goede bescherming bieden tegen honden, katten en
roofvogels.
Voor de hokken is het van belang of het bij één konijn blijft of dat het de
bedoeling is te gaan fokken met de konijnen. Bij fokken zijn er meer hokken
nodig.
Voor één of een paar hokken zoals hierboven beschreven is geen vergunning van
de gemeente nodig.
In een garage of tuinschuur kunnen meerdere hokken voor konijnen naast en/of
boven elkaar gebouwd worden. Deze gestapelde hokken worden ook wel konijnen
flats genoemd.
Bij de bouw van gestapelde hokken moet er op gelet worden dat de urine van de
bovenhokken goed wordt afgevoerd en niet lekt in de beneden hokken.
Is het de bedoeling om een schuur of tuinhuis te bouwen voor de konijnen, dan
komen de welstandeisen van de gemeente om de hoek kijken.
Het is beter vooraf te informeren dan naderhand problemen te krijgen.
Belangrijk is dat eventuele buren geen bezwaar hebben tegen de bouw. Worden de
hokken altijd goed schoon gehouden, dan is er ook geen stankoverlast en worden
er ook geen vliegen en andere insecten aangetrokken. De mest van de konijnen
moet ook altijd snel worden afgevoerd om overlast te voorkomen Strooisel of
bodembedekking
Konijnen zijn erg zindelijke dieren en houden van een schoon hok. In hokken
voor konijnen wordt meestal stro als bodemstrooisel gebruikt.



|